‘Met een integrale benadering is zoveel meer mogelijk’


Lodewijk van Nieuwenhuijze

zelfstandig landschapsarchitect, momenteel werkzaam als supervisor ruimtelijke kwaliteit bij Waterschap Limburg

Landschapsarchitect Lodewijk en adviseur duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit Regina kwamen elkaar al tegen bij een onderzoek naar integrale scopebepaling. Nu treffen ze elkaar op de Lekdijk bij Vianen om te sparren over gebiedsontwikkeling bij dijkversterkingsopgaven.


Dijkversterkingen en gebiedsontwikkeling gaan steeds vaker hand in hand. Welke ontwikkeling zien jullie?

Regina ‘De roep om integraal werken wordt steeds luider. Bij politieke partijen staat integraliteit nu op het programma. Mede om de stikstofproblematiek, PFAS, klimaatopgave en woningbouwopgave het hoofd te kunnen bieden. Er is van alles in beweging.’ Lodewijk ‘Zeker in waterschapsland. Een jaar of 20 terug was de technische opgave – zorgen dat de dijk sterk is – waar het om draaide. Natuurlijk deed de omgeving ertoe, maar de planvorming was vooral gericht – ik chargeer – op het vermijden van conflicten. Na het succes van Ruimte voor de Rivier, gebaseerd op de dubbele doelstelling ‘hoogwaterveiligheid en ruimtelijke kwaliteit’, zag je de waterschappen worstelen met de steeds complexer wordende opgaven. Worstelen met de wetenschap dat we onze hoogwaterveiligheidsopgave en andere ambities alleen voor elkaar krijgen als we het samen met omgevingspartijen organiseren. Worstelen met subsidieverstrekking die primair gericht is op de waterveiligheidsopgave. En met de angst dat het duurder wordt zodra we iets doen met ruimtelijke kwaliteit. Maar je ziet ook dat we zijn gaan anticiperen. Dat we doorkregen dat ruimtelijke kwaliteit niet meer hoeft te kosten. Dat het juist geld kan besparen als we de gebiedsopgaven slim, integraal, aanpakken.’ Regina ‘Dit geldt trouwens net zo goed voor duurzaamheid. Met een integrale benadering is zoveel meer mogelijk.’


Regina Havinga

adviseur duurzaamheid en ruimtelijke kwaliteit bij de programmadirectie van het HWBP

Nog voordat er een project is gedefinieerd, met de omgeving in gesprek

Waar valt volgens jullie nog veel winst te behalen bij gebiedsontwikkeling voor waterveiligheidsprojecten?

Lodewijk ‘In het zo vroeg mogelijk verkennen in hoeverre gebiedsontwikkeling tot de scope van je project behoort. Dat waterschappen bij het definiëren van hun waterveiligheidsopgave, dus nog vóórdat het project de verkenningsfase ingaat, onderzoeken: hoe integraal moet mijn plan eigenlijk zijn? Welke ontwikkelingen kom ik in de omgeving van de dijk tegen waarmee ik rekening kan houden en slimme coalities kan aangaan? Een quick scan uitvoeren samen met omgevingspartijen.’ Regina ‘Hoe eerder je weet in welke mate gebiedsontwikkeling een rol zal spelen bij je waterveiligheidsopgave, hoe beter. Is het een kwestie van inpassen? Van kansen meekoppelen? Of van verregaande gebiedsontwikkeling? Die keuze is ingrijpend voor de organisatie van je hele project en samenwerking. Als je er meteen het juiste label aan hangt, kun je daar rekening mee houden bij het opstellen van je opdracht.’ Lodewijk ‘Dat is wat we met het project ‘Integrale Scopebepaling Waterveiligheidsopgave’ vanuit RWS Ontwerpt hebben uitgezocht. Daar kwamen Regina en ik elkaar ook tegen. Ik was ateliermeester en zij zat in de begeleidingscommissie. We hebben een werkwijze ontwikkeld waarmee projectteams snel de juiste scope voor het project kunnen bepalen en inzicht krijgen in hoe ze de samenwerking tussen betrokken partijen het beste kunnen organiseren.’

Waarom is het zo belangrijk dat het al vóór de start van de verkenning gebeurt?

Regina ‘Vanuit het HWBP als alliantie van waterschappen en Rijkswaterstaat die van elkaar leren, proberen we waar mogelijk lessen te trekken. Over de waterschappen heen zien we het een en ander gebeuren. Je ziet dat als een waterschap in het prille stadium – nog voordat er goed en wel een project is gedefinieerd – met de omgeving in gesprek gaat, er veel mogelijkheden ontstaan om opgaven en belangen ruimtelijk te combineren. Het resultaat daarvan is dat onderwerpen als ruimtelijke kwaliteit en duurzaamheid dan op een goede manier ingebed worden in de opdracht en de scope van het project. In de methodiek die we samen met RWS Ontwerpt ontwikkeld hebben, komen al die lessen samen. Ik verwacht dat het gebruik ervan onze gezamenlijke opdracht ten goede komt, dus ik ben er groot voorstander van.’

Ooijen-Wanssum is hét voorbeeld van een succesvol integraal project

Hebben jullie een voorbeeld van hoe het op tijd meenemen van gebiedsontwikkeling in de scopebepaling mis of juist goed kan gaan?

Lodewijk ‘Het programma HWBP Noordelijke Maasvallei, waar 16 projecten onder vallen, is eigenlijk met een verkeerde scope gestart, omdat de focus aanvankelijk vooral lag op de hoogwaterveiligheidsopgave. Het Waterschap Limburg was volop bezig met het vaststellen van dijkhoogtes en de positie van dijktracés, terwijl tegelijkertijd bij bewoners en andere stakeholders de weerstand tegen het project begon te groeien omdat ze hun belangen niet terugzagen. Het waterschap heeft gelukkig op tijd de projectdoelstelling breder gedefinieerd, en de werkwijze en projectteams aangepast en uitgebreid met landschapsarchitecten, waardoor de projecten vanaf dat moment een veel integraler karakter kregen.’ Regina ‘Je was ook betrokken bij de gebiedsontwikkeling Ooijen-Wanssum, een ander project van Waterschap Limburg, hoe ging het daar?’ LodewijkOoijen-Wanssum is voor mij hét voorbeeld van een succesvol integraal project. Ik heb daar voor de aannemerscombinatie ‘Mooder Maas’, in de rol van coördinerend landschapsarchitect, met veel plezier aan gewerkt. In dat project versterkten een aantal zaken elkaar. Een excellente opdrachtgever bracht verschillende deelprojecten bij elkaar in 1 gebiedsontwikkeling en bood ruimte voor planaanpassingen en innovaties door de aannemer. Door te sturen op een neutrale grondbalans en heel goed te kijken naar de karakteristiek van het gebied ‘de terrassenmaas’ konden we 2 nieuwe dijktypen – de steilranddijk en de hoge gronddijk – ontwikkelen die een meervoudige winst hebben opgeleverd. We konden gebiedseigen grond benutten voor de waterkering en de CO2-uitstoot verlagen. Het waterschap kreeg minder beheerareaal. We verloren minder agrarische grond, behaalden natuurwinst en wonnen aan ruimtelijke kwaliteit door een veel betere inpassing van de waterkering. En tot slot konden we het project realiseren voor een lager budget. Dit project bewijst de stelling: integraal ontwerpen, levert geld op.’

Hebben jullie ideeën over hoe je je project het beste kunt aanvliegen als er een rol is weggelegd voor gebiedsontwikkeling?

Regina ‘Samenwerking is natuurlijk cruciaal. Tussen overheden en omgevingspartijen, én binnen het projectteam.’ Lodewijk ‘Voor die ‘externe’ samenwerking is ontwerpend onderzoek mijn gouden tip. Daarin schetst de landschapsarchitect al in de startfase mogelijke oplossingsrichtingen en de eerste planvoorstellen zodat voor alle partijen zichtbaar wordt ‘wat zou kunnen’. Zo komen de teamleden tot ideeën waar ze anders niet of pas veel later, op gekomen waren. ‘Ooooh zo zou het ook kunnen!’, hoor je dan.’ Regina ‘Dat ontwerpend onderzoek hoeft trouwens absoluut niet veel tijd te kosten. In het pilotproject ‘Integrale Scopebepaling Waterveiligheidsopgave’ waren we er met 3 ontwerpateliers in een paar maanden uit. Het was geweldig om te merken hoe de partijen al schetsend en pratend tot andersoortige oplossingen kwamen. Zo liet een medewerkster van Staatsbosbeheer een plan zien waarmee ze het waterpeil omhoog wilde brengen ten behoeve van de weidevogelstand. Dit bleek positieve invloed te hebben op de waterveiligheidsopgave en tot andere, doelmatiger oplossingen te kunnen leiden. De landschapsarchitect bracht het idee meteen in beeld met een schets. Iedereen blij. De technisch manager vroeg zich hardop af waarom we niet altijd zo werken.’ Lodewijk ‘Die integrale planaanpak vraagt wel wat van een projectteam. Je hebt een team nodig dat dat aankan. Dat elkaar inspireert. Mensen die elkaars perspectief willen leren kennen en die andere werkvelden ook kunnen begrijpen. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan.’

Verschillende financiële stromen in 1 pot

Wat hopen jullie voor de toekomst?

Lodewijk ‘Dat de betrokkenen bij een gebiedsontwikkeling bereid zijn om de verschillende financiële stromen in 1 pot te stoppen. Dan ontstaan zoveel meer mogelijkheden om echte integrale plannen te ontwerpen. Daarvoor moeten de schotjes tussen de verschillende budgetten worden weggetrokken. En dat is niet makkelijk. Daar is onderling vertrouwen en bestuurlijke moed voor nodig.’ Regina ‘Je ziet dat vanuit het rijk geïnitieerde programmatische aanpakken het partijen wat makkelijker maken om hun opgave in bredere context op te pakken. Bijvoorbeeld bij de langetermijnprogramma’s Eems-Dollard 2050, Rijke Waddenzee en de Programmatische Aanpak Grote Wateren, waarin samenwerkingen met de partijen uit de omgeving al tot stand zijn gebracht. En je ziet er prachtige resultaten ontstaan. Van bouwen met gebiedseigen grond tot natuurontwikkeling en blije bewoners. Allemaal mogelijk door gebiedsontwikkeling.’


Integrale Scopebepaling Waterveiligheidsopgaven

Als onderdeel van dit magazine lanceert de afdeling RWS-Ontwerpt de methode ‘Integrale Scopebepaling Waterveiligheidsopgaven’. Deze methode biedt handvatten om ruimtelijke- en duurzaamheidsopgaven in een gebied mee te nemen in de scope van een waterveiligheidsopgave. Het doel is om te komen tot doelmatiger projecten met maatschappelijke meerwaarde, die op draagvlak in de omgeving kunnen rekenen. Neem voor meer informatie contact op met Regina Havinga of Defne Osmanoglou.